Wat is het verschil tussen ‘verstrekken’, ‘vergoeden’ en ‘ter beschikking stellen’ van een fiets?

Wie een fiets van de zaak aanbiedt of ontvangt, krijgt te maken met drie fiscale begrippen: verstrekken, vergoeden en ter beschikking stellen. Deze lijken op elkaar, maar hebben heel verschillende gevolgen voor de belasting, eigendom en de Werkkostenregeling (WKR). In dit artikel lees je wat elk begrip betekent, hoe de bijtelling werkt en wat in 2026 de actuele regels zijn.

1. Verstrekken van een fiets

Bij verstrekken geeft de werkgever de fiets aan de werknemer, en gaat het eigendom over. De werknemer wordt dus eigenaar van de fiets.

Fiscaal betekent dit: de waarde van de fiets telt als loon in natura en is belast. De werkgever kan deze waarde ook aanwijzen als eindheffingsloon binnen de WKR, zodat het bedrag onbelast blijft zolang de vrije ruimte niet is overschreden.

Kort gezegd: fiets wordt eigendom van werknemer → waarde telt als loon (of via WKR onbelast).

2. Vergoeden van een fiets

Bij vergoeden betaalt de werkgever de werknemer voor gemaakte kosten met een privéfiets. Denk aan de aanschaf of aan woon-werkverkeer met de eigen fiets.

In 2026 geldt, net als in 2025, een onbelaste kilometervergoeding van maximaal € 0,23 per kilometer. De werknemer blijft eigenaar van de fiets.

Kort gezegd: werknemer blijft eigenaar → vergoeding tot € 0,23/km onbelast.

3. Ter beschikking stellen van een fiets

Bij ter beschikking stellen koopt of least de werkgever de fiets en stelt deze aan de werknemer beschikbaar voor zakelijk én privégebruik. De fiets blijft eigendom van de werkgever, en bij lease van de fietsleasemaatschappij. Mag de werknemer de fiets ook privé gebruiken, dan geldt een bijtelling van 7% van de consumentenadviesprijs (inclusief btw). Bijtelling = belasting over privégenoten voordeel.

Kort gezegd: fiets blijft eigendom van werkgever/leasemaatschappij → 7% bijtelling over consumentenadviesprijs.

4. Verschil in één overzicht

5. Werkkostenregeling (WKR) in 2026

De Werkkostenregeling (WKR) bepaalt hoeveel een werkgever onbelast mag vergoeden of verstrekken. In 2025 en 2026 is de vrije ruimte:

• 2% over de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom;

• 1,18% over het meerdere.

De bijtelling van 7% verandert deze vrije ruimte niet, maar de werkgever kan de waarde van de fiets of de bijtelling aanwijzen als eindheffingsloon. Wordt de vrije ruimte overschreden, dan betaalt de werkgever 80% eindheffing over het meerdere.

Voorbeeld: bij een e-bike met een consumentenadviesprijs van € 2.500 is de bruto bijtelling 7% × € 2.500 = € 175 per jaar. Dat is zo’n € 6,- per maand.

6. Wat betekent dit voor werkgevers en werknemers?

Voor werkgevers:

• De fiscale behandeling verschilt per regeling: verstrekken, vergoeden of ter beschikking stellen.

• Via de WKR kun je fietsen of vergoedingen belastingvrij aanbieden.

• Een fiets van de zaak is een aantrekkelijke, duurzame arbeidsvoorwaarde.

Voor werknemers:

• Bij een fiets van de zaak blijft de fiets eigendom van de werkgever.

• Bijtelling geldt zodra privégebruik is toegestaan.

• Met een eigen fiets kun je tot € 0,23 per kilometer onbelast ontvangen.

7. Samenvatting

De fiscale regels rond fietsen van de zaak komen neer op drie keuzes:

• Verstrekken: fiets wordt eigendom werknemer → loon in natura.

• Vergoeden: werkgever betaalt kosten → onbelast tot € 0,23/km.

• Ter beschikking stellen: werkgever blijft eigenaar → 7% bijtelling.

De WKR bepaalt vervolgens of dit onbelast kan worden toegekend. Zo profiteren werkgever én werknemer van fiscaal voordeel én duurzame mobiliteit.